Porter versus Stout

Zelfs ervaren bierkenners hebben moeite om het verschil tussen Porter versus Stout te onderscheiden. Dat is niet verwonderlijk, want deze stijlen vertonen veel overeenkomsten en overlappen elkaar grotendeels. Beide zijn donkere, rijke bieren met geroosterde smaken, maar hun geschiedenis en brouwtechnieken maken ze uniek. Laten we dieper ingaan op hun oorsprong en kenmerken.

Porter Vs Stout

Een vergeten techniek

Porter bestaat sinds de 18e eeuw en werd oorspronkelijk gebrouwen met voornamelijk bruine mout. Brouwers gebruikten destijds een nu vergeten techniek waarbij de mout in de kiln werd gedroogd tot een donkerdere kleur in plaats van geroosterd. Hierdoor behield de mout zijn diastatisch vermogen (het vermogen om zetmeel om te zetten in suiker), waardoor hij voor 100% kon worden gebruikt. Dit maakte het een efficiënte en populaire keuze onder brouwers.

Tegenwoordig vertrouwen de meeste Porters op geroosterde mouten en bereiken ze kleuren tot wel 1000 EBC. Omdat deze mouten weinig tot geen diastatisch vermogen hebben, moeten brouwers een basismout – zoals Ale, Lager of Munich – toevoegen om een goede suikeromzetting te garanderen. Veel recepten bevatten ook Caramel- of Crystalmouten voor extra smaak en diepte. Sommige Porters hebben een zachtere, zoetere smaak, terwijl andere juist een droge, licht bittere afdronk hebben.


Porter versus Stout: een evolutie

Stout is geëvolueerd vanuit Porter en heeft meestal een hoger alcoholpercentage, rijkere ingrediënten en een nog donkerdere kleur. De oorspronkelijke term “Stout Porter” verwees naar deze sterkere eigenschappen. Brouwers ontwikkelden deze stijl begin 20e eeuw in Londen, voortbouwend op de al gevestigde populariteit van Porter.

Porters kenmerken zich over het algemeen door tonen van chocolade, koffie en karamel, terwijl Stouts vaak een meer uitgesproken, geroosterde koffiesmaak hebben. Toch is dit onderscheid niet strikt. Veel Porters bevatten donkere, geroosterde mouten tot wel 1400 EBC, terwijl enkele van de grootste Stout-producenten juist geroosterde (ongemoute) gerst verkiezen. Uiteindelijk ligt de keuze bij de brouwer. Wil je een authentieke, historische Porter brouwen? Probeer dan onze Platinum Swaen Brown Porter.

Laat een reactie achter