De mythe van Sint-Arnoldus

Bierliefhebbers hebben verschillende historische personen opgeëist. De legende van Gambrinus is een van die verhalen. Een andere bekende patroonheilige is Arnold van Soissons, beter bekend als Sint-Arnoldus.

Sint Arnoldus

Arnold (toen Arnulf) werd geboren in 1040 in Tiegem, België. Op dertigjarige leeftijd ging hij naar de abdij van Saint Medardus in Soissons, Frankrijk. Daar leefde hij jarenlang als kluizenaar. Hoewel die rol hem goed beviel, werd Arnold – met tegenzin – gepromoveerd tot bisschop Arnoldus. Volgens de legende wilde hij aan zijn verantwoordelijkheden ontsnappen, maar een wolf bracht hem terug naar de abdij.

In die hoedanigheid werd hij in 1083 naar Vlaanderen gestuurd om te helpen bij vredesonderhandelingen. Zijn tour was succesvol en hij werd beloond met de oprichting van de Sint-Pietersabdij in Oudenburg. Arnoldus trad daarop onmiddellijk af als bisschop. Hij stierf korte tijd later.


Legendarische verklaring

Maar waarom wordt deze man nog steeds vereerd door bierliefhebbers? Sinds zijn dood werd hij de onofficiële patroonheilige van brouwers, hopplukkers en herbergiers. Dit heeft te maken met een legendarische uitspraak die hij zou hebben gedaan.

In de elfde eeuw circuleerden veel infectieziekten. Deze werden deels verspreid door vervuild water. Arnoldus riep daarom mensen op om bier te drinken. Doordat het water vervolgens gekookt werd, was de kans op besmetting kleiner. Volgens de overlevering redde Arnoldus talloze levens met zijn eigen abdijbier.

Denk overigens niet meteen aan modern bier als je dit verhaal leest. In die periode was het meer vergelijkbaar met het huidige alcoholarme Tafelbier en werd het zelfs tijdens het ontbijt gedronken. Toch wordt Arnoldus vaak afgebeeld met een biervat. Zijn nalatenschap wordt gevierd op 14 augustus.

Laat een reactie achter